Morele verontwaardiging

We zijn de afgelopen weken zeer verontwaardigd. Moreel verontwaardigd wel te verstaan. Kwesties over goed en fout gaan ons aan het hart en we laten ons graag meeslepen door de media die elk nieuwtje als een enorme onthulling lanceren. Zo hebben we vernomen dat er bij de VVD nogal wat mis gaat op het gebied van integriteit. Achtereenvolgens konden Opstelten en Teeven, Verheijen en Leegte het veld ruimen. Maar we vernamen ook dat ‘knuffelcrimineel’ Willem Holleeder ‘gewoon’ een psychopaat is en niet de aandacht verdiende van allerlei tv programma’s en bladen. En wat te denken van de Duitse piloot die zelfmoord pleegde en in zijn daad 144 passagiers de dood in joeg. En van de bonussen die topbestuurders van banken zichzelf (pardon: door de Raad van Commissarissen) gegeven zouden hebben.
In al deze gevallen zijn we moreel verontwaardigd. ‘Hoe heeft het zover kunnen komen? ‘ vragen we ons verwonderd af.  

We voelen intuïtief aan dat er iets niet goed zit. Maar daarna gaan we weer over tot de orde van de dag. Op het werk praten we er nog over bij de lunch en dan weer snel verder. Het zijn herhalende patronen: in plaats van Opstelten hebben we Hirsch Ballin of Donner gehad die het veld moesten ruimen. En ook de bankbonussen zijn van alle tijden. Dus wat is nieuw? Toch blijven we ons telkenmale opnieuw druk maken. Het is een klucht die we gezamenlijk opvoeren of zoals Shakespeare opmerkte: “All the world’s a stage” (Alles is theater). We spelen allemaal rollen. Waarom we dat doen? Ik denk omdat we het enerzijds wel leuk vinden om het over anderen te hebben maar dat we het vooral doen om de aandacht af te leiden van fundamentelere zaken waarover we ons echt druk zouden moeten maken.

De filosofe Susan Neiman stelt ons de vraag of we denken dat we met onze keuzes invloed denken te hebben op de wereld waarin we leven. Mijn gevoel zegt me dat een overgroot deel van de mensen in Nederland (over de rest van de wereld heb ik geen enkel gevoel) die vraag ontkennend zal beantwoorden. “So what?”, hoor ik u denken. Het betekent m.i. dat ze de wereld accepteren zoals die is. Dus ook bovenstaande morele kwesties: ze praten er wat over, spelen een rol, maar nooit met de intentie om de problemen op te lossen, laat staan de wereld beter te maken. Want voor hen geldt: “Het is zoals het is”. Voor deze mensen geldt dat ze niet vrij zijn, ze zijn afhankelijk, vaak van hun leidinggevende of hun werkgever en hebben onechte behoeften zoals de vraag of hun Smartphone van twee jaar oud niet vervangen moet worden. Het was de grote filosoof Jean-Jacques Rousseau -die leefde van 1712-1778 en gezien kan worden als de voorloper van de Verlichting- die stelde dat onze maatschappij ons infantiliseert. Hij meende dat de mens weliswaar vrij geboren is, maar overal geketend is. 

Mensen die geketend zijn, zullen de bovenvermelde media-onderwerpen inbrengen als grappige anekdotes maar nooit met de intentie er zelf lering uit te trekken. Verantwoordelijkheid nemen betekent dat je je morele verontwaardiging zeker blijft uiten maar tegelijkertijd de vraag aan de orde stelt hoe het beter zou kunnen.  
Neiman merkt op dat als het evenwicht tussen gedrag en beloning zoek is, dit dient te worden hersteld, niet door je eigen eisen bij te stellen maar door aan de wereld te werken. Een proactieve houding dus -niet ten aanzien van materiele zaken-  maar ten aanzien van echte morele kwesties. Morele vooruitgang dus. De hoofdgedachte van de Verlichting, namelijk het besef van ons vermogen om de wereld te veranderen door onze daden, is nog steeds actueel.

Peter de Roode